DOOR INGEBORG JANSSEN | De eerste tijd na de vakantie is het altijd even zoeken waar te beginnen: het is vaak nog een rustige tijd met weinig afspraken, het kerkelijk seizoen begint pas weer over een paar weken. Een goede gelegenheid om vooruit te kijken en stil te staan bij thema’s die op tafel liggen. En daar lag het boek ‘Contemplative Church’ van Peter Traben Haas. Een goede zet om dit boek te pakken en in rust bezig te zijn met hoe meditatief gebed en monastieke praktijken kerken kunnen helpen floreren.

In een serie van negen blogs gaan Jos Douma en ik de komende maanden de thema’s uit Contemplative Church uitdiepen. In deze eerste blog een open introductie op dit boek, in de hoop dat het je uitdaagt dit boek ook te lezen en een gesprek over contemplatief kerk zijn te openen.

Het boek bestaat uit 3 delen met een aantal subthema’s:

  1. De problemen onder ogen zien: Beseffen, noden ontdekken.
  2. Herontdekken van de weg: waar gaat het om, verdiepen, terug naar het centrum, in de praktijk brengen.
  3. Hernieuwen van de mogelijkheden: worden, ontplooien, bloeien.

Waar zijn we mee bezig?

Waar zijn we als kerken mee bezig, waardoor laten we onze agenda bepalen? Door aantallen leden en bezoekers, door aantrekkelijke diensten, door onze-slinkende- budgetten? Richten we ons op hoe een kerk kan floreren, of op groei? Waar is de aandacht voor meditatief gebed en monastieke praktijken in onze kerken, zijn deze overboord geslagen in de eeuwen voor ons, in de Reformatie?

Peter Traben Haas, met wortels in evangelische kerken en nu predikant in een Presbyteriaanse kerk, ontdekte in de loop van zijn leven de verloren gegane schatten van meditatief gebed, contemplatie en monastieke praktijken. Stilte was de eerste ontdekking. Geconfronteerd met zijn eigen leven opende hij zich voor de liefde van God en voor zichzelf, de pijn werd sterker. Midden in zijn gebrokenheid ontdekte hij een verlangen om een te zijn van geest, ziel en lichaam en ontdekte dat meditatief gebed en monastieke praktijken die verbinding gaven.

In de grote vragen die in de kerk leven, de vraag om haar vitaliteit, om hoe kerk te zijn vandaag, staan we op een kruispunt. Kan een contemplatieve manier van leven ons een weg naar voren wijzen, dieper de liefde in? Tekenen hiervan zijn zichtbaar in de spirituele honger van mensen, in Bonhoeffers roep om discipelschap, in contemplatieve bewegingen die in de loop van de tijd toch elke keer weer oppoppen.

In het eerste hoofdstuk schetst Haas de ontwikkelingen in de Reformatie en hoe deze hun impact hebben gehad op contemplatie en het monastieke leven. Het monastieke leven is in de protestantse wereld verdwenen terwijl mensen als Luther het belang van monastieke spiritualiteit onder ogen zagen. En tegelijk ging alle aandacht naar geloof en leer. Nu in onze post-moderne en post-reformatie tijd zien we de shift naar leven en praktijken, naar aandacht en belichaming, we zien zoekers die zeggen geen gelovige te zijn, of hun eigen spiritualiteit bricoleren. Deze ontwikkeling kan ook angst geven: wordt met de aandacht voor meditatie en contemplatie niet teveel in gegaan op de tijdgeest, komen er geen negatieve invloeden de kerk in? Het tegengestelde is waar zegt Haas: de contemplatieve weg naar voren is zowel oud als orthodox. Tegelijk is zij niet bang om te leren van wijsheid om ons heen.

Een contemplatieve kerk

Wat is een contemplatieve kerk? Of een contemplatieve gemeenschap? Haas benadrukt 3 uitgangspunten die zorgen voor vruchtbare aarde:

  1. Een verandering in focus van programma’s naar praktijken.
  2. Een verandering van focus van de zondagochtenddienst naar een liturgisch leven samen.
  3. Het centrum van alles ligt in de genade van meditatief gebed.

In het laatste deel van zijn boek gaat hij hier verder op in. Hier stipt hij aan wat meditatief gebed is: een manier waarop onze aandacht en intenties loskomen van de gesprekken in ons hoofd en we ons overgeven aan de aanwezigheid en acties van Gods Geest. Dan kunnen we contemplatie ontdekken. Contemplatie is niet iets wat je zelf kunt bereiken, het is een geschenk van God, om bij Hem te zijn, zijn liefde te ervaren. Monastieke praktijken vormen onze manier van zijn en handelen. In het laatste deel van het boek vertelt hij over monastieke praktijken als Lectio Divina, getijdengebeden, zelfonderzoek, stilte, eenvoud, eenzaamheid en innerlijke stilte en hoe dit ons kan vormen als persoon en als kerk.

Haas duikt in Contemplative Church de diepte in en daagt mij, en hopelijk ook jou, uit om de contemplatieve weg te gaan. Het gaat dan om minder succesvol worden – ook als kerk. Het gaat niet om ‘kijk ons nou als kerk hoe goed we het doen’, maar om leeg worden van onszelf – kenosis -, om stil te worden, om gekend te worden door liefde in onze verwondingen.