DOOR JOS DOUMA | Diepte. Ruimte. Stilte. Zijn dat de eerste woorden die bij je opkomen als je denkt aan de kerk, aan het kerkelijk leven en aan kerkdiensten? Bij mij niet. Ik denk eerder aan: drukte, overvolheid, veel woorden, krapte, overprikkeldheid. Waar is de rust gebleven?

Komende zondag preek ik in de Plantagekerk in Zwolle over de woorden van Jezus: ‘Kom bij mij en ik zal je rust geven’ (Matteüs 11:28). Die woorden roepen een verlangen bij me op. Een verlangen naar diepte, ruimte, stilte. Een verlangen naar de pure aanwezigheid van de Heer die ik steeds meer leer kennen als het Mysterie van Liefde. In dat proces van leren kennen spelen rust en ruimte, stilte en contemplatie een cruciale rol. 

In deze tweede blogpost aan een serie die ik samen met Ingeborg Janssen schrijf over het boek ‘Contemplative Church. How Meditative Prayer & Monastic Practices Help Congregations Flourish’ ga ik nog wat verder door op wat er in hoofdstuk 1 gebeurt (lees hier de eerste bijdrage van Ingeborg).

Een nog niet uitgeprobeerde weg

Mij spreekt de stelling van Peter Traben Haas sterk aan dat de kerk in de voorbije decennia van alles en nog wat heeft geprobeerd om de kerk te vernieuwen en verder te brengen (programma’s, curricula, boeken die bestsellers waren, nieuwe vormen van preken, popularisering van de liturgie) maar dat het nu de tijd is voor één weg die nog nauwelijks is bewandeld: de weg van de stilte, de weg van het contemplatieve gebed.Dat sluit nauw aan bij een verlangen dat de laatste jaren bij mij steeds sterker is geworden: dat de kerk weer een huis van gebed wordt. Zoals Jezus daarover eens sprak: ‘Mijn huis moet een huis van gebed zijn.’ Bij gebed denk ik dan niet primair aan de vele woorden en de vele vragen en voorbeden die we opzenden naar God – ook daar is zeker ruimte voor: vraag en u zal gegeven worden – maar aan gebed als je toewenden naar God. Daar zijn maar weinig woorden bij nodig. Het gaat om aanwezigheid in Gods aanwezigheid. Dat we de tijd nemen – samen – om te beleven: ‘Hier is Hij. Hier zijn wij. Hier zijn wij samen’.

Schuld van de Reformatie

Haas geeft scherp weer hoe deze dimensie bijna helemaal is verdwenen in de Protestantse traditie en dat dat de schuld is van de Reformatie: De Reformatie heeft in heel veel opzichten (misschien onbedoeld) essentiële aspecten van het spirituele leven losgelaten zoals die zorgvuldig en liefdevol werden gecultiveerd en van generatie op generatie doorgegeven binnen het monastieke leven. In het spoor van de Reformatie verloren  de Protestanten steeds meer het contact met monastieke sleutelpraktijken zoals biddende Schriftlezing, contemplatie en stilte.

Zeker, er zijn in de traditie van de Reformatie steeds wel bewegingen en pogingen geweest die deze verloren elementen van het spirituele leven weer op de agenda van de kerk hebben proberen te zetten. Te denken valt aan aan de Puriteinen, het Methodisme, de Quakers, de opwekkingsbewegingen in Amerika en veel later ook Bonhoeffer met zijn roep om discipelschap en gemeenschap. Steeds stond de spirituele praktijk van het gebed centraal.

Maar, en nu laat ik Haas even zelf aan het woord, “this ran counter to the Reformation era preacher’s emphasis that the primary means of grace is not how we live the Christian life – whether ascetical or contemplative – but who trust for our salvation” (27). Op deze wijze raakte de Reformatie – met haar scherpe kritiek op het monnikendom – de band kwijt met een diepe bron van praktische spirituele wijsheid.

Na 500 jaar

We zijn nu 500 jaar verder. En het lijkt erop – aldus Peter Traben Haas – dat er een nieuw tijdperk aan het aanbreken is. We ontdekken weer dat een noodzakelijke voorwaarde voor onze spirituele groei is dat we aanwezig zijn bij de Aanwezige. Niet de woorden, niet de dogma’s, niet de overtuigingen, niet de moderniseringen, niet de nieuwe muziek maar het contemplatieve gebed als aanwezig zijn in Gods aanwezigheid, open voor zijn krachtige werk in ons, lijkt herontdekt te worden als een weg om te gaan.

Contemplatieve vernieuwing, of anders gezegd: een contemplatieve reformatie is nodig (en ook al gaande). Sluiten we daarbij aan? Gaan we mee op ontdekkingsreis? Doen we mee in het opnieuw verkennen van de contemplatieve spirituele praktijken die de kerk (met name in haar monastieke uitdrukkingsvorm, maar altijd al bedoeld voor het normale christelijke leven) eeuwenlang kende naar ide min of meer verdwenen zijn? Dat is natuurlijk nog de vraag. Maar het boek van Peter Traben Haas is een hartelijke uitnodiging.

De ene stelling

Zijn ene stelling in hoofdstuk 1 (hij heeft er geen 95 nodig) luidt:

De vernieuwing van meditatief gebed en monastieke spirituele praktijken is de primaire hoop voor de huidige groei en de toekomstige vruchtbaarheid van de christelijke gemeenschap. (34)

Waarom is dat zo, vraagt Haas. Hierom:

Meditatief gebed is de koninklijke weg waarlangs we toegang hebben tot de ervaring van de volheid van het  innerlijke leven en de liefde, de wijsheid en de vreugde die Jezus beloofd heeft (Johannes 10:10), en de monastieke praktijken vormen de door de tijd geteste gouden standaard voor het cultiveren van persoonlijk spiritueel leven in gemeenschap. (34)

Wat denk en ervaar jij als je deze stelling met toelichting wat dieper op je in laat werken?